Minder auto’s in de stad, dat is goed voor de luchtkwaliteit, voor het klimaat, voor de volksgezondheid én voor de doorstroming van bussen en trams. De nieuwe metrolijn 3 helpt mee om dit doel te realiseren en draagt bij tot een grotere levenskwaliteit in de stad.
De geplande metrolijn 3 zal slechts voor een beperkte vermindering van de autodruk zorgen, klinkt het vaak. Het cijfer dat circuleert, voorspelt een vermindering van 0,6 procent. Dit cijfer is afkomstig uit een socio-economische opportuniteitsstudie uit 2012, en heeft betrekking op het hele Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Dit wil zeggen dat de evolutie plaatselijk waarschijnlijk groter zal zijn.
Maar zelfs als de vermindering groter uitvalt langs het traject van de lijn in Schaarbeek en Evere, blijft de vraag waarom zo’n belangrijke investering in het openbaar vervoersaanbod niet voor een grotere zogenaamde modal shift kan zorgen, met name meer mensen laten overstappen van de auto naar het het openbaar vervoer?
Het antwoord heeft te maken met het evenwicht tussen vraag en aanbod. Ongetwijfeld zullen heel wat fervente autogebruikers met plezier overstappen op de nieuwe Metro 3. Dat was in het verleden ook zo bij de opening van andere lijnen, zoals metrolijn 2 of, recenter, tram 9. Maar hoe minder auto’s op de weg, hoe aantrekkelijker het ook weer wordt om de auto te gebruiken. Want aanbod (minder verkeer op de weg, meer parkeerplaatsen) stimuleert de vraag.
Het is dus zoeken naar een nieuw evenwicht, waarbij sommige gebruikers van het openbaar vervoer niet verleid worden om terug te grijpen naar de auto. Om dat te vermijden moeten tegelijk met de investering in het openbaar vervoer, andere maatregelen genomen worden om meer duurzame verplaatsingen te stimuleren. In de tien jaar sinds de voornoemde impactstudie, heeft Brussel wel degelijk heel wat werk verzet op dat vlak.
Good Move
Een van de punten waarop vooruitgang is geboekt, is de uitwerking van een nieuw gewestelijk mobiliteitsplan: GoodMove. Hoofdbedoeling is de autodruk in de wijken zoveel mogelijk te beperken, onder meer door het ontmoedigen van doorgaand autoverkeer. Bestemmingsverkeer blijft altijd mogelijk, maar verplaatsingen te voet, met de fiets en met het openbaar vervoer worden gefaciliteerd en gestimuleerd.
Toeval of niet, het allereerste concrete plan voor een autoluwe wijk dat werd voorgesteld, is dat voor de wijk Colignon-Josafat en omvat de omgeving van niet minder dan drie geplande M3-stations: Liedts, Colignon en Verboekhoven. Het plan voorziet onder meer nieuwe eenrichtingsstraten en verkeersfilters die enkel voetgangers, fietsers en openbaar vervoer doorlaten. Het is met andere woorden zeker niet de bedoeling om de auto vrije baan te geven op plaatsen waar de metro gaat rijden. Overigens zijn elders langs het traject van Metro 3 ook dergelijke plannen in de maak, met name in Sint-Gillis, in Kuregem en in de Vijfhoek. Dat laatste wordt al concreet op 16 augustus 2022 (Lees verder na het lokale mobiliteitsplan voor de wijk Colignon-Josaphat).
Nieuwe pleinen
De nieuwe mobiliteitsplannen komen bovenop veranderingen die de voorbije jaren al zijn doorgevoerd. Denken we maar aan de vele nieuwe, verkeersluwe pleinen die zijn ontstaan op het traject van de bestaande premetro tussen Albert en het Noordstation (De Brouckère, Beurs, Fontainas, Sint-Gillisvoorplein). De omgeving van heel wat stations wordt aantrekkelijker, waardoor de vraag naar hoogwaardig openbaar vervoer nog toeneemt.
Metro 3 onderschrijft en versterkt deze dynamiek. Na de bouw van het nieuwe station Toots Thielemans, zullen de Jamarlaan, de Zuidlaan en de Stalingradlaan een nieuw gezicht krijgen. Voor de laatstgenoemde laan zijn de plannen al heel concreet: de twee rijvakken en vier parkeerstroken worden vervangen door één rijvak en twee parkeerstroken. De extra brede voetpaden zullen het aangenamer maken om te wandelen tussen het Zuidstation en de Grote Markt. (Lees verder na het simulatiebeeld van de Stalingradlaan).
Het mag duidelijk zijn: anno 2022 bouwt niemand een metro om het gebruik van de auto in de stad aan te moedigen. Per slot van rekening is en blijft de metro, met zijn comfort en snelheid, de modus die het best de automobilisten kan verleiden om de overstap naar het openbaar vervoer te maken, een overstap die vele reizigers al gemaakt hebben.